Trots op “mijn” land?

A_2015-04-28 18.43.20

Ik ben trots op mezelf als ik de chauffeur was en zowel het voertuig als de inzittenden heelhuids zijn aangekomen 🙂

“Ik denk niet dat ik trots ben op Nederland.”

“Godverdomme Lieke, natuurlijk ben je trots op je land. Noem tien andere landen waarin je vrijheid van meningsuiting zo goed gewaarborgd wordt als hier!”

Ik zit op mijn flexplek met een aantal andere ondernemers. De discussie begon bij de aanslag op de boulevard in Nice en ging via het verdedigen van je geloof naar trots zijn op je land.

Ik heb daar dus moeite mee, met dat concept ‘trots zijn op je land’.

Ik ben ontzettend blij dat ik in Nederland geboren ben. En zelfs opgelucht, met terugwerkende kracht. Want als ik ergens anders aan mijn leven zou zijn begonnen, was er misschien geen warme couveuse in de buurt geweest en had ik nog geen dag geleefd.

Ik ben blij met de kansen die ik in Nederland krijg, met de goede gezondheidszorg, de hoge welvaart en de grote vrijheid.

Maar trots?

Hoe kan ik trots zijn op iets dat me per ongeluk is overkomen? Hoe kan ik trots zijn op het feit dat mijn minuscule bouwsteentjes na een interstellaire evolutietocht van miljarden jaren nader tot elkaar kwamen in een Nederlandse baarmoeder? Ik ben toch ook niet trots op mijn schoenmaat of mijn bloedgroep?

P.S. Die bloedgroep was overigens nog wel een dingetje, toen ik ineens ontdekte dat ik bloedgroep O blijk te hebben terwijl ik al mijn hele leven dacht een A te zijn, maar dat is een ander verhaal.

Brief aan mijn nichtje # 13

Kleine held,

Ik houd ongelofelijk veel van je. Meer dan jij je ooit kunt voorstellen. Ik zeg dat nooit tegen je. Je weet toch nog niet wat dat betekent. Wat ik wel vaak tegen je zeg, is dat ik trots op je ben. Misschien weet je ook nog niet precies wat dat inhoudt, maar je hebt geloof ik wel door dat ik het vooral tegen je zeg als je indrukwekkende capriolen uithaalt. Zoals gister bij de glijbaan in het park. Eerst moest ik je hand vasthouden op de enge wiebelbrug, maar toen je een paar andere kinderen alleen naar boven zag klauteren, kon je niet achterblijven. “Trots op jou!”, riep ik toen je bovenaan de glijbaan met een triomfantelijke blik op mij neerkeek.

Twee maanden geleden (jemig, wat vliegt de tijd) reisden we samen met je mama naar Benin. De tweeënhalve week dat we weg waren, was ik voortdurend trots op je. Niet alleen om je onvoorstelbare lef in het zwembad, waar je in sprong alsof je al jaren je A- en B-diploma op zak had. Maar vooral om de open blik waarmee je de onbekende omgeving inkeek. Je riep heel vaak “Ik begrijp er niets van!” of “Het duurt zo lang!”, maar ondertussen bleef je vrolijk onder de voortdurende aandacht. Er werd veel met je gesjouwd en gezeuld en je had vaak geen idee waar we naartoe gingen (je moeder en ik ook niet) en toch bleef je een hartendief. Vooral onze chauffeur was een groot fan van je en jij van hem. Je wilde hem de hele tijd aaien.

De beste plek in Benin, volgens jou

De beste plek in Benin, volgens jou

Toen we gisteren vanuit het park terug naar huis liepen, zei je “Trots op jou”, tegen mij. Een teken dat je inderdaad nog niet helemaal door hebt wat trots betekent, maar oh zo lief. Ik smolt. Het ijsje dat jij daarna at, smolt even hard. De chocolade zat tot achter je oren.

Je luistert lang niet altijd en kan behoorlijk boos worden als je je zin niet krijgt. Maar je bent een kind om op te eten, een kind om trots op te zijn, een kind om van te houden.

Liefs,
Je suikertante 😉

Meer verhalen van mij lezen over Benin? Lees dan hier en blijf vooral hangen op MO.be, bijvoorbeeld om deze mooie blog te lezen van een Belgische vader over zijn driejarige dochter die opgroeit in Benin. Zoals het leven van mijn nichtje ook had kunnen zijn…