Herinneringen aan mijn gekke papa

Vandaag is het elf jaar geleden dat mijn papa plotseling dood neerviel. Op straat. Terwijl hij met mijn mama in gesprek was. Een vrolijk, beetje plagerig gesprek, omdat mijn mama die dag ergens met de auto tegenaan was gereden (ja, dat zit in de familie). Er is sindsdien nooit meer een gebeurtenis zó onverwachts geweest. 

Elf is het gekkengetal en dat past uitstekend bij de man die de telefoon opnam met ‘Fransiscus van Padua’. Werd er verbaasd gereageerd dan vervolgde hij zijn verhaal met een verontwaardigd “Ken je me niet? Ik ben al 400 jaar dood!”

Ik kan me nog herinneren dat hij zijn zus belde om te vertellen dat het in Frankrijk slecht weer was en dat we daarom doorgereisd waren naar het zuiden. “We staan nu op het punt om de Sahara over te steken, ik denk dat je de komende dagen niets van ons hoort.” In werkelijkheid waren we al terug van onze -zonnige- kampeervakantie.

Hij was de mafste Piet op de boot, een stuiterbal aan dek. Een geloofwaardige Piet ook. Als hij daarna thuiskwam, wist mijn broertje hem te vertellen dat er ‘een zwarte Piet was met net zo’n snor als jij en met een gat in zijn zak’. Papa’s excuses waarom hij niet meekon naar de intocht van Sinterklaas waren net zo overtuigend als zijn excuses op pakjesavond. “Ik moet nog even poepen” of “Ik heb mijn pasje binnen laten liggen”. Wij zaten op dat moment al in de auto, klaar om te gaan uiteten. Als we terugkwamen van het restaurant, waren Sint en Piet altijd langs geweest.

Vanavond gaan we voor de elfde keer uiteten op 9 december, in plaats van op 5 december. Oude tradities verdwijnen. Nieuwe komen ervoor in de plaats.

Ondertussen vallen er steeds meer gaten in mijn geheugen en dat maakt me verdrietig. Ik zie papa aan het aanrecht staan terwijl hij spaghetti met tonijn maakt of tagliatelle met olijfballetjes, maar wat was ook alweer zijn plek aan de eettafel? Ik zie papa’s dromerige blik terwijl hij naar het spel van de vlammen in de kachel kijkt en naar de omtrekkende bewegingen van de goudvissen in de vijver, maar in welke stoel zat hij dan?  En hoe klonk zijn stem ook alweer?

“Als ik erachter kwam dat je zou zijn omgewisseld, zou ik wel willen weten wie mijn biologische dochter was, maar ik zou je niet omruilen”, filosofeerde hij op een avond. Ik denk er andersom precies hetzelfde over. Ik zou voor geen goud een andere papa hebben gewild. Ik had alleen gewild dat hij wat langer was gebleven.

 

 

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Twitter-afbeelding

Je reageert onder je Twitter account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s