Brief aan mijn nichtje #15

Hieperdepiep! Vandaag ben je jarig. 4 jaar.

Liefeheers
Kleine meisjes worden groot. Kleine meisjes worden ziek. De stuiterende kletskous heeft zich verstopt in een slap hoopje mens. Je slaapt het grootste deel van de dag. Gelukkig maar, want anders zou je je kapot vervelen.

Er hangen vrolijke slingers in je ziekenhuiskamer. Iedereen weet dat je jarig bent. Daarom kreeg je chocolade eitjes van de kok. Een speeltje van de oogarts. En vanmiddag kwam een lieve medewerkster je een mooie, gebreide, roze deken brengen. Je had er maar weinig oog voor, maar dat nam niemand je kwalijk.

Je verjaardagscadeaus wilde je wel zelf open maken vanmiddag. Met één hand, want de hand waar de naald voor het infuus in zit, wil je niet gebruiken. De Playmobil viel in de smaak, want je vroeg -heel zachtjes- of de doos meteen open mocht. Wat geen goed idee was, want je moest weer naar de oogarts en daarna moest het infuus er weer in. Het heeft een voordeel dat je zo ziek bent, je ging niet luidkeels in protest 😉

Ik beloof je dat je nog uren, dagen, maanden, jaren met al je cadeaus mag spelen als je beter bent. En je verjaardag, die vieren we gewoon nog een keer.

Beterschap kabouter puntmuts!

Ken je die mop…

… van die patiënt die naar het ziekenhuis ging voor een operatie? Die patiënt ging. Op de vroege morgen. Met de bus. De leuke jongen uit de trein aan haar zijde.

Koud aangekomen in het ziekenhuis, was ze al aan de beurt. “Trekt u alles maar uit en dan dit kleed aan, met de drukker aan de achterzijde. Mutsje op en sloffen aan. Uw onderbroek mag u aanhouden.”

De patiënt stapt (met een iets verhoogde hartslag en een droge keel) de operatiezaal binnen, gaat op de tafel liggen en trekt het charmante papieren mutsje een beetje opzij zodat de chirurg beter kan zien waar hij zijn mes in moet zetten.

“Ik zie niets, dus ik ga niet snijden”, zegt die chirurg.

En zo keren de leuke jongen uit de trein en de patiënt die volgens de chirurg toch geen patiënt is, onverrichter zake huiswaarts.

Zij hadden, kortom, een bijzonder vruchtbaar begin van hun dag.

Knap waardeloos.