Soppend in mijn schoenen. Mijn broekspijpen nat tot aan mijn knieen. Mijn doorweekte pet tot ver over mijn oren getrokken. Woest, wervelende bladeren en geknakte, uiteengereten paraplu’s ontwijkend. Ik kom aan bij Hoog Sjacherijne. En wat doet die van de pot gerukte orgelman? Hij draait ‘Vamos a la playa’.