Voor een dubbeltje op de eerste rang

Lunch“Lieke, je uurtarief is echt te laag, verhoog je prijzen nu eens”, hoor ik vaak van vrienden, vakgenoten en ex-collega’s. Ik blijf dat moeilijk vinden, zeker bij bestaande opdrachtgevers. Terwijl dat eigenlijk raar is, want juist de mensen waar ik al lang voor schrijf, weten wat ik kan.

Vandaag stelde ik een (voorzichtige) daad. Vandaag vertelde ik aan een opdrachtgever dat ik niet meer voor hem wil werken. Iets wat ik een jaar geleden nog niet durfde, bang voor te weinig werk. De opdrachtgever biedt een prijs per verhaal die ik van andere opdrachtgevers per uur krijg (en zoals gezegd vinden anderen mijn uurprijs al aan de lage kant).

Een verhaal betekent: naar een evenement gaan, daar één of meerdere mensen interviewen en een foto maken, verhaal uitschrijven, verhaal afstemmen met de geïnterviewden en eventueel nog iets aanpassen, verhaal en foto doorsturen naar opdrachtgever, factuur sturen. Als het allemaal meezit, het evenement in de buurt is en de geïnterviewde in één keer akkoord gaat, is dit ongeveer drie uur werk. Gemiddeld ben ik vijf uur met zo’n verhaal bezig. Waardoor een bedrag per uur overblijft dat minder is dan het minimumloon.

Eigenlijk is dat uitbuiting, toch? Maar hele volksstammen blijven akkoord gaan, om dezelfde reden als dat ik tot nu toe akkoord ging. Gelukkig is er veel ten goede veranderd sinds #tegendebakker. Het ontbreekt me alleen nog vaak aan lef.

 

Held op sokken maakt haar punt

taart
Als zelfstandige moet je voor je eigen belangen durven opkomen. Wie mij kent, weet dat ik absoluut geen held ben op dit gebied. Maar er is niemand anders die het voor me doet. Niemand die vraagt of ik buikpijn of slapeloze nachten heb van een opdracht, niemand die vraagt wat ik eigenlijk nodig heb om mijn werk goed te kunnen doen. De leuke jongen uit de trein geeft natuurlijk bakken vol morele steun, maar mijn poot stijf houden, dat moet ik zelf doen.

Ondertussen is de hype van #ditzegjeniettegendebakker alweer over zijn hoogtepunt heen, maar de praktijk blijft helaas ongewijzigd. Jammer. Heel jammer.

‘Zes maanden geleden ben je bij me geweest om een opdracht te bespreken voor 2000 broden. Dat gaat nu spelen. Kun je morgen leveren?’

‘Betalen? Oh. Oké. Nou ja, ik dacht, dat broden bakken is toch een soort hobby hè? En we kennen elkaar viaviavia, dus…’

‘Gefeliciteerd, je mag gratis honderd taarten voor ons bakken. Ik kan je naam er wel bij zetten in de vitrine.’

‘Ja, ik weet dat broden bakken je specialiteit is, maar dat gaan we toch zelf doen. Je mag de broden wel snijden.’

In de afgelopen drie jaar, kwam er bijna maandelijks een dergelijk oneerbaar voorstel langs. Vaak zei ik er ‘ja’ op. In de veronderstelling dat het dé manier is om ook de grote, goed betaalde opdrachten met minder stressopwekkende deadlines binnen te halen. Oh verrassing. Zo werkte het meestal niet.

De mensen die proberen voor een dubbeltje op de eerste rang te zitten, zullen het zich lang niet altijd realiseren, maar het doet pijn om dit soort verzoeken te krijgen. Het betekent dat ik niet serieus word genomen en geen waardering krijg voor iets waar ik echt wel goed in ben. (Zo!)

In 2015 durfde ik het eindelijk aan om -met hartkloppingen en klamme handjes- mijn uurtarief te verhogen. Dat ging verrassend gemakkelijk, slechts één vaste opdrachtgever ging er niet in mee (en een ander heb ik niet gevraagd, wegens goed doel). Voor 2016 had ik me voorgenomen om vaker nee te zeggen op oneerbare voorstellen. Het eerste verzoek van het jaar om gratis teksten te schrijven heb ik ondertussen beleefd geweigerd. Met een klein beetje buikpijn, dat dan weer wel… want je weet maar nooit, als iemand mijn naam daar ziet staan…