Levensvragen

20130924_101736
Ik ben een nagelbijter. Altijd geweest. Heeft niets met stress te maken, want ik bijt vooral als ik een boek lees. Wat voor mij de ultieme ontspanning is. Als het me dan eens lukt om het merendeel van mijn nagels te laten staan, zit er steevast viezigheid achter. De enige oplossing is om er een donkere kleur op te lakken, zodat je het niet ziet. Maar in nagels lakken ben ik nog slechter dan in nagels laten staan. Collega’s en vriendinnen hebben stuk voor stuk lange én schone nagels. Hoe doen ze dat?

Ik ben een chaoot. Altijd geweest. Dat geldt gek genoeg niet voor mijn werk. Dat doe ik gestructureerd. Interviews plan ik ruim van te voren en deadlines haal ik altijd. Maar mijn huis en mijn hoofd zijn een warboel. Stapels papieren, rondslingerende bonnetjes, dubbele afspraken, vergeten sleutels, onbetaalde rekeningen, half uitgewerkte ideeën… het behoort allemaal tot mijn standaard staat-van-zijn. Alle gestructureerde freelancers die ik ken, hebben ook een gestructureerd hoofd en huis. Hoe kan dat?

En zo vraag ik me nog veel meer af:

  • Waarom kunnen andere mensen een wit t-shirt langer dragen dan één dag?
  • Waarom kunnen andere mensen een hoeslaken opvouwen tot een perfecte rechthoek?
  • Waarom kunnen andere mensen tijdens het koken de keuken opruimen?

Wie het weet, mag het zeggen! “Daarom” is geen antwoord.

Vroeg de struisvogel aan de bulldozer: “zullen we eens een kuil graven?”

We passen heel goed bij elkaar, de leuke jongen uit de trein en ik (uiteraard!). Hij is optimistischer dan ik, opgeruimder en rustiger. En hij is gewoon de allerliefste natuurlijk. Maar sommige eigenschappen delen we en dat is helemaal niet handig. We spelen in onze vrije tijd allebei voor struisvogel. En zo komt het dat we geen of (te) laat beslissingen nemen.

We bedenken niet waar we op vakantie gaan, waardoor we op het laatste moment een veel te dure reis boeken.

Niet waar we (gezamenlijk) voor sparen, waardoor veel dromen, dromen blijven.

Niet waar en wanneer het leven van nutteloze apparaten definitief eindigt, zodat een computer die niet meer opstart en een printer die niets meer uitdraait al jaren kostbare plek in ons toch al krappe huisje innemen. En dan heb ik het nog niet over twee enorme boxen die zelfs nog nooit zijn aangesloten en al jaren staan te stofhappen. Hier ergert de leuke jongen uit de trein zich overigens helemaal niet aan, dat doe ik alleen maar.

Niet waar we gaan wonen, waardoor we al jaren op een plek zitten die weliswaar perfect in het centrum van de stad ligt, dichtbij lieve vrienden en onze stamkroeg, maar waaraan we ook veel geld kwijt zijn en waarin we te weinig bergruimte hebben.

Niet of we kinderen willen, waardoor… ehm… Die kinderen, dat is echt een lastige. Tot drie jaar geleden wist ik zeker dat ik ze niet wilde. Maar sindsdien is een aantal zeer leuke exemplaren geboren in mijn omgeving. De meeste papa’s en mama’s zijn in mijn ogen een tikkeltje saai geworden, maar er zijn er ook een paar die bewijzen dat je met koter prima op vakantie kunt en al eens een festivalletje mee kunt pikken. Ik ben gaan twijfelen. Terwijl ik daar misschien helemaal geen tijd voor heb, want ik word binnenkort 35.

Het verschil tussen de leuke jongen uit de trein en ik, is dat ik ongelofelijk onrustig word van al het bovenstaande en vaak gefrustreerd raak. De leuke jongen uit de trein boeit het wat minder, hij gebruikt mijn motto ‘alles komt goed’ en ploft na zijn werk moe op de bank. Hij heeft het ontzettend druk op zijn werk en wil daarnaast “even” nergens meer over nadenken.

Als het alleen om ik, mezelf en mijn carrière gaat, ben ik eerder een bulldozer dan een struisvogel. Op het laatste moment pas mijn omzetbelasting doorgeven. Bonnetjes en facturen laten slingeren. Papieren opstapelen in mapjes voordat ze in de juiste klapper belanden. Mijn digitale agenda verwaarlozen. Dat soort dingen. Het besluit om het anders te doen, neem ik regelmatig, maar ja…

Heel soms neem ik impulsief en ondemocratisch een besluit (ik ben af en toe een slecht vriendinnetje) dat ook daadwerkelijk wordt uitgevoerd. Met mijn zusje mee gaan naar Benin was er daar één van.

Vandaag hakte ik een hele andere knoop door. Vanaf volgende week komt er een poetsvrouw 🙂

Lang leve de poetsvrouw. Straks ziet mijn bureau er vast net zo netjes uit als deze van een Beninese schooldirecteur.

Lang leve de poetsvrouw. Misschien ziet mijn thuiswerkplek er straks net zo netjes uit als het kantoor van deze Beninese schooldirecteur.

Dim, dam, dilemma

Op 1 juli stoppen met alle werkzaamheden die niet tot Lieke schrijft behoren, dat gaat dus niet lukken (zie mijn vorige blog). Dat doet een beetje pijn.

Maar een hele blije recruiter die mij van harte feliciteert omdat ik ben aangenomen bij bedrijf X, daar word ik ook niet blij van. Al lag dat niet aan de tekst: “Proficiat Lieke! Ze zijn super enthousiast over jou en willen heel graag met je verder.”

Op papier leek de functie fantastisch. Het bijhouden van social media voor een internationaal bedrijf met vooral Franstalige klanten. Puntje bij paaltje blijkt dat maar een klein deel van de baan te zijn en moet ik vooral de telefoon gaan opnemen voor een ander bedrijf dat zowel qua producten als qua filosofie lichtjaren bij mij vandaan staat.

Het salaris is niet beter dan wat ik nu heb. Het contract ook niet, want via een uitzendbureau. Maar omdat het zo zou kunnen zijn dat het leuke deel van de functie uiteindelijk de overhand neemt, ben ik toch aan het twijfelen.

De onderneming waar ik nu sta, kan mij er over een paar maanden uitgooien. Maar ik kan ook een vast contract krijgen. Dat laatste zou huizenkooptechnisch heel gunstig zijn. Maar is dat een reden om te blijven? Misschien niet. Ik heb er hele leuke collega’s en dat is wel veel waard.

Morgen moet ik beslissen…