Op dit moment #18

De wereld ziet er fantastisch uit op dit moment. De sneeuw blijft aardig liggen en in het speeltuintje voor ons huis spelen kinderen met een slee. In de achtertuin hipt een zwarte merel door een witte wereld. Word ik blij van.

Waar ik nog meer blij van word: dat is eigenlijk iedere keer dat ik een blog in deze rubriek schrijf precies hetzelfde. Ik word blij van mijn vrienden. Vanmorgen mocht ik via WhatsApp even klagen bij twee vriendinnen over iets dat me dwars zat. Of eigenlijk iemand. Over die iemand ga ik hier verder niet uitwijden, maar ik ben dankbaar dat ik mijn frustratie kon delen. En ik kreeg veel lieve woorden terug. Dankjewel L en J.

Ik heb het niet knetterdruk, maar heb al een tijdje heerlijke werkweken van ongeveer 36 uur. Als ik een ochtend niet werk (de bedoeling is de woensdagochtend om te zwemmen en koffie te drinken met vriendinnen, maar de afgelopen drie weken was het telkens een andere ochtend) hoef ik die uren niet ergens anders in te halen. Dat voelt heel luxe.

Ook telkens hetzelfde, onze tuin maakt me nog steeds blij. Het duurt niet lang meer voor de voortuin vol sneeuwklokjes en krokussen staat en in de achtertuin komen de tulpen al boven de grond. Eerder deze week zag ik de eerste roze knopjes aan de sierkers. Nu maar hopen dat er niets doodvriest.

Ik ben tot nu toe sowieso blij met dit jaar. De leuke jongen uit de trein en ik woonden de eerste week zo ongeveer in onze stamkroeg. In de tweede week zat ik in een andere kroeg met een vriendin van mijn ouders. Heel grappig hoe dat niet meer uitmaakt dat zij ooit bij ‘de volwassenen’ hoorde en ik bij ‘de kinderen’. Het was heel gezellig om bij te kletsen. In week drie zag ik nog geen horecagelegenheid van binnen, maar aangezien ik zondag naar een dameszitting ga, compenseer ik daar ruimschoots voor. Nee ik doe niet bepaald mee aan Dry January.

Ik kijk terug op: een heerlijk weekendje Keulen met een vriendin. Het slechte weer en de opengebroken straten gooiden af en toe roet in het eten, net als de grote groepen Nederlandse mannen die zich slecht gedroegen in de horeca en het feit dat we allebei totaal geen richtingsgevoel hebben. Verder was het puur genieten. We aten veel en lekker, dronken veel, kletsten veel, sliepen in een hotel vlakbij het centrum in een prima bed, bewonderden een aantal mooie gebouwen en grappige kunstwerken en als letterlijk hoogtepunt liepen we alle 533 treden op in de Dom. En achteraf is het heerlijk lachen om een half uur zoeken naar ons hotel aan de verkeerde kant van het station. Dankjewel S!

Ik word verdrietig van: iemand die ik kende, koos er pas geleden voor niet meer te willen leven. Ik kan me niet voorstellen hoe veel verdriet haar man en kinderen hebben. Ze leverde een bijdrage aan een betere wereld, zette zich in voor zo ongeveer alle global goals en was actief in de lokale politiek. Iemand die op veel plekken een grote leegte achterlaat.

Ik kijk uit naar: twee dansvoorstellingen in het theater komende week, vijf dagen Alicante met vriendin M, carnaval met de Bende van Ellende, Van Morrison in Carré, K’s Choice in de AB en nog veel meer. Er staan echt ontelbaar veel leuke dingen op het programma dit jaar en het is pas januari. Ik ben een bofkont!

Ik lees: ik zit tussen twee boeken in. Ik las De Onbekende Man van Chantal van Mierlo net uit en vanavond begin ik in The Storyteller van Dave Grohl. Als ik op dit tempo blijf lezen, moet ik op minstens 20 boeken uitkomen aan het eind van het jaar.

Ik luister: na het verdrietige nieuws dat David Crosby is overleden, komen Crosby, Stills & Nash veelvuldig voorbij op de radio. Dat is dan het geluk bij een ongeluk. Ik houd van die muziek en ben nu extra blij dat ik de heren een paar jaar geleden nog heb zien optreden. Nadat ik vanmiddag kaarten regelde voor Van Morrison heb ik ook zin om heel hard Brown Eyed Girl mee te zingen. Niets mis met oude lullen muziek.

En jij? Waar word jij blij van? Waar kijk jij naar uit?

20 jaar zonder papa

Jij was niet bij mijn geboorte.
Ik was niet bij jouw sterven.
Logisch, we waren allebei te vroeg.
Het gebeurde onverwacht.
Jij vertrok een jaar of 40 te snel.
Ik kwam te vroeg, een week of acht.

Een van mijn twee coaches (ja, je moest eens weten) vroeg me de laatste keer dat ik bij haar was, wat ik je graag zou willen vertellen. En waarom dat zo moeilijk was. “Ik was nog niet af”, zei ik.

Waar hadden we het verdorie over toen jij als antwoord gaf “Daar hebben we het nog wel een keer over als je een baan hebt, als je echt volwassen bent?” Dat antwoord heb ik altijd onthouden, maar wat was mijn vraag?

Ik ben die volwassen vrouw nu. Ik ben veel meer de vrouw die ik wil zijn dan het meisje dat jij kende. Het onzekere meisje dat wel een mening had maar die lang niet altijd durfde te delen. Het onzekere meisje dat vond dat ze nergens goed in was. Dat zichzelf vaak lelijk vond. Het meisje dat voorzichtig een eigen stijl had (herinner je je die oranje broek nog? Of die groene ribbroek met wijde pijpen?) maar tegelijkertijd haar best deed ergens bij te horen. Het meisje dat nog geen diploma had, geen rijbewijs, geen baan, geen huis. Het meisje dat dacht dat ze nooit serieus genomen zou worden. Het meisje in een relatie met een jongen die vooral aan zichzelf dacht. Waarom ik bij hem bleef? De seks was goed 😉 Ik was bang voor de confrontatie. Bang voor conflict. Een probleem waar ik nog steeds last van heb.

Toch ben ik anders nu. Veel meer mezelf. Ik weet dat ik goed ben in het vak waar ik mijn geld mee verdien. Ik vind het ook nog leuk om te doen, hoe mooi is dat? Klanten kiezen bewust voor mij. En ik interview die klanten op mijn kikkerschoenen en met badeendjes in mijn oren. Ik hoef nergens meer bij te horen. Ik hoef vriendschappen niet meer koste wat kost in leven te houden. Ik heb precies de juiste mensen om me heen. Mensen die me nemen zoals ik ben. En het ook nog eens prima vinden als ik mijn (afwijkende) mening geef. Vrienden die vandaag aan me denken. Zelfs jouw en mama’s ideale schoonzoon is terug in mijn leven. Al heb jij niet meegemaakt dat we een hele tijd geen contact hadden.

Sorry pap, het is met die ideale schoonzoon niets geworden. Wel met de leuke jongen uit de trein. En ik zie jullie samen voor me. Buiten. Sigaretje in de mond. Praten over muziek. De leuke jongen uit de trein had jou heel veel mooie muziek leren kennen, dat weet ik zeker. Ik kan me zelfs voorstellen hoe jullie grappend tegen elkaar staan te klagen over ‘jullie vrouwen’. Hoe veeleisend we zijn en hoe we zeuren dat jullie meer aandacht aan jullie vrienden moeten besteden. Ik vind het ontzettend jammer dat jullie elkaar nooit hebben ontmoet. Dat de leuke jongen uit de trein niet weet waar de helft van mij vandaan komt. Ik ga jou binnenkort aan hem voorstellen, op aanraden van de coach. Wil je me even laten weten wat ik hem absoluut over jou moet vertellen? Ik ben bang dat ik van alles vergeet. Of al voorgoed vergeten ben.

Als ik aan jou denk, zie ik je boekentas voor me. Ik zie je op de bank liggen slapen (“nadenken”) met een hand in je gezicht waarmee je jezelf vaak per ongeluk kraste. Je fiets naast me ’s ochtends en geeft me een King-pepermuntje. Jij sabbelt op die van jij. Die van mij heb ik al stuk gebeten en opgegeten voor het einde van de Bonaertsweg. Je staat aan het fornuis en maakt spaghetti met tonijn. Je zegt “ga je al?” op die zondag voor die fatale maandag. Ik had langer willen blijven, maar J wilde terug naar Tilburg. En natuurlijk ging ik mee. Ik zou het een ander weekend wel weer goedmaken…

Donkere dagen zonder holletje, maar ik blijf een bofkont

Terwijl het absoluut beter gaat dan voordat ik met twee coaches, een dagelijkse wandeling, een betere werkplanning en een vrije woensdagochtend begon, is het momenteel niet top. Het is DIE tijd van het jaar.

Zombie

Het is lang donker. Het is koud. In mijn kantoor al helemaal. Ik slaap slecht. We hebben nieuwe lattenbodems en een nieuwe matras. Dat is absoluut beter dan de doorgezakte exemplaren waar we voorheen op lagen. Maar ik mis het gevoel van een veilig holletje, aldus mijn eigen psychoanalyse van de koude grond. Dus vanmorgen zag ik een soort zombie in de spiegel. Mijn ‘langste’ vriendschap ging pas geleden in de ijskast. Ik huilde er verschillende keren om. Soms tegen de schouder van de leuke jongen uit de trein. Soms alleen. Terugdenkend aan al die keren dat we bij elkaar logeerden, samen op stap gingen, festivals bezochten, tegen elkaar klaagden over familie of collega’s. Terugdenkend aan hoe we elkaar steunden toen mijn papa stierf en later haar mama. Het voelt als falen. Want lange vriendschappen zijn mijn super power. Of zoals de leuke jongen uit de trein het zegt: ‘niemand heeft zo veel vrienden vanuit de zandbak als jij’.

Al bijna 20 jaar

Ondertussen blijft voor mezelf opkomen een lastig ding. Heb ik alweer ‘ja’ gezegd op meerdere vragen van meerdere personen waar ik keihard nee op had moeten zeggen. Omdat de mensen die met de vragen kwamen, misbruik van me maken. En in één geval werd het niet eens vriendelijk gevraagd, eerder opgedragen. Waarom was mijn reflex dan ‘ja’? Is dat echt alleen omdat ik een conflictvermijder ben? Of vind ik mezelf nog steeds niet belangrijk genoeg? En tot slot staat 9 december weer voor de deur. De 20e sterfdag van mijn papa. Geen idee waar onze fetisj voor ronde getallen vandaan komt, maar ik voel het ook. Twintig jaar. Dat is echt heel lang. Hij is er bijna langer niet dan wel in mijn leven. En dan ben ik een bofkont, omdat ik de oudste ben van zijn drie kinderen.

Dankbaar voor flauwe zeiver

Gelukkig heb ik heel veel om dankbaar voor te zijn. De leuke jongen uit de trein, zijn luisterend oor en zijn formidabele stoofgerechten. De leuke opdrachten waar ik mee bezig ben. Het saunadagje volgende maand met drie ‘zandbakvriendinnen’ om onze vriendschap en niet gevierde verjaardagen te vieren. De knusse avonden onder een fleecedekentje. De gezellige, flauwe ‘zeiver’ op kerstavond met de schoonfamilie.

“Wat zijn het weinig saucijzenbroodjes!”
“Krijgen we geen pasteitje?”

“Er zit vast geen spijs in de stol.”
“Dat luchtje vroeg je de afgelopen 100 jaar ook al.”

Het verrassingsmenu als we met mijn familie kerst vieren, omdat de verschillende gangen uit verschillende keukens komen en niet noodzakelijkerwijs bij elkaar passen, maar wel altijd lekker zijn. De uitslaap- en uitbuikdagen tussen kerst en nieuw. De klanten die al hebben laten weten dat ze volgend jaar weer graag met al hun tekst- en communicatievraagstukken bij mij komen.

Bofkont

Ik ben een bofkont. Ook in donkere dagen.

De liefsten

20150203_143957

Mijn vrienden en familie zijn de liefsten. Geen discussie over mogelijk.

Er kwam bezoek. Veel bezoek. Met een vrolijke bos gele bloemen. Met wafels. Met een plantenbak vol voorjaar. Met een gelukspoppetje. Met oprechte interesse, bezorgde vragen, liefdevolle adviezen en het aanbod om boodschappen te doen of te koken.

Er stond een postbode aan de deur met een mooie wens in chocoladeletters. En er kwamen kaartjes. Veel kaartjes.

Ik ben een blij mens.

2014, wat een jaar

Vol plannen, wensen en dromen voor het komende jaar begon ik 2014 met de leuke jongen uit de trein aan de voet van de Brandenburger Tor. Wat een fantastisch feest was dat! Geen wonder dat ik dacht dat al mijn dromen uit zouden komen. Met zo’n mooi begin, moest het wel een topjaar worden.

DSCN1935

2014 was een mooi jaar, maar van alle plannen, wensen en dromen kwam er slechts ééntje uit: ik liep de tien kilometer onder de 1.10 en daar ben ik nog steeds trots op 🙂 Ik vond geen baan en maakte geen onverdeeld succes van mijn eigen bedrijf. Ik leerde geen nieuwe taal en volgde geen cursus in mijn eigen vakgebied. Ik sportte veel en probeerde op mijn voeding te letten, maar woog op de laatste dag van het jaar hetzelfde als op de eerste dag. We kochten geen huis en we hakten geen knopen door over wel of geen kinderen.

2014 was een mooi jaar, want ik kon nog steeds bouwen op mijn vrienden. Ik ben me er voortdurend van bewust dat mijn vrienden voor me klaar staan ‘no matter what’. Er mag dan misschien wat minder gefeest worden, aan goede gesprekken bij een kop thee, stedentripjes en mooie wandelingen had ik in 2014 geen gebrek. Het was ook dankzij een aantal vrienden dat ik zo lang ben blijven rennen en steeds sneller werd. (Inmiddels alweer drie maanden geen renschoenen aangehad, goed voornemen voor dit jaar…).

2014 was een mooi jaar, want mijn nichtje, aan wie ik nog zo veel meer brieven had willen schrijven, werd een echte persoonlijkheid. Ze weet heel goed wat ze wil en kan dat verwoorden in heuse volzinnen. Ze komt graag bij ons over de vloer en kan zich weken verheugen op uitstapjes die we gaan maken. De laatste dag van 2014 begonnen we in het zwembad waar ze weer onverschrokken van de glijbaan ging en in het diepe sprong, maar waar ze zich soms ook als een aapje aan me vastklampte als ze dreigde kopje onder te gaan.

2014 was een mooi jaar, want ik deelde het jaar weer met de leuke jongen uit de trein. We zijn nog steeds een heel leuk stel samen, ik kan niet anders zeggen. We hadden onze ruzietjes, die meestal over het huishouden gaan, maar we hadden het vooral heel fijn samen. Ik mag me al bijna zeven jaar in mijn handjes knijpen. De leuke jongen uit de trein zorgde ervoor dat de laatste avond van het jaar een perfecte avond was. Vers uit mijn werk werd ik verwelkomd met een zelf gebrouwen cocktail, daarna gingen we in onze zondagse outfit de deur uit om ons decadent ongans te eten aan voortreffelijke sushi en vervolgens buikten we uit in de woonkamer die hij met kaarsjes en lichtjes en kerstversiering super gezellig had gemaakt. De volgende dag hadden we een champagneontbijt en dronken we bubbels en biertjes in onze stamkroeg omringd door vrienden en bekenden. Als dat geen goed begin is?

2014 was een mooi jaar en 2015 wordt dat ook.

Wat ik jullie en mezelf toewens voor dit zo goed begonnen jaar, schreef ik op mijn zakelijke website

Nostallegassie

Aangeschoten, maar alles in gedachten nog helder overziend, bedacht ik me vannacht aan de bar in onze stamkroeg dat gedane zaken geen keer nemen, wie gelooft zalig wordt, en ik een nostalgische draak ben.

Nu de bijzonder goed gesmaakte kerstdagen achter de rug zijn en de alcohol weer uit mijn bloed is, kan ik voorzichtig aan de goede voornemens beginnen. Niet meer verlangen naar wat ooit was, niet meer hopen tegen beter weten in, zou een goed voornemen kunnen zijn.

Ik was een beetje verdrietig vannacht, ondanks het goede gezelschap van de leuke jongen uit de trein. Jarenlang gingen we met een groep vrienden op stap op 26 december, stoom afblazen na alle familiekost. Ieder jaar probeer ik die traditie overeind te houden, maar sinds een jaar of vier haken er steeds meer mensen af. Gisteravond kwam niemand opdagen, vage beloftes vooraf (die misschien alleen gedaan waren om van mijn gezeur af te zijn) ten spijt.

Om mij heen wordt steeds meer belang gehecht aan huiselijkheid. In mijn ogen komt dat vaak overeen met saaiheid. Maar ik zou niet zo hard moeten oordelen. Ook van oud op nieuw zal ik mijn vrienden niet de straat op krijgen, evenmin als in het komende festivalseizoen. Daar moet ik me maar eens bij neer gaan leggen.

Ondertussen ben ik zelf een gespleten persoonlijkheid. Verlangen naar wat was, terwijl andere dingen me niet snel genoeg kunnen veranderen. Dingen die je onder huiselijkheid of saaiheid zou kunnen scharen. Zoals een groter huis, een vaste baan en een hond.

Aan iedereen, maar vooral aan mijn vrienden die ik supergraag zie: een gelukkig, gezond, gezellig en geslaagd 2015 gewenst vol verrassingen en dromen die uitkomen. Ik houd van jullie.

Filosoferen over vriendschappen

“Heel even bestaat er misschien een soort van vriendschap tussen moeder en dochter. Tot dochter thuiskomt met een vriendje dat moeder niet ziet zitten. Dan is het meteen afgelopen.”

De leuke jongen uit de trein en ik zitten middenin het theaterseizoen van 2014. Bijna elke week gaan we naar een voorstelling en net als de afgelopen drie jaar zullen we ook deze zomer in een klein zwart gat vallen. Gelukkig beginnen dan de festivals. Gisteravond was het tijd voor de Avond van het Woord met als thema vriendschap. Hoe vriendschap ontstaat en weer ophoudt. Dat vriendschappen die een leven lang meegaan, zeldzaam zijn. Dat mannen boezemvrienden zijn en vrouwen hartsvriendinnen. Over vriendschappen tussen mannen en vrouwen, waarvan veel mensen vinden dat die onmogelijk zijn. Over vriendschappen tussen ouders en kinderen, die volgens familietherapeut Else-Marie van den Eerenbeemt niet bestaan, omdat ouders en kinderen nooit een gelijkwaardige relatie hebben.

Over vriendschappen die alleen bestaan omdat ze nuttig zijn, deed onderzoeksjournalist Joep Dohmen een boekje open. Limburg spant de kroon waar het om dit soort vriendschappen gaat, waarmee mijn frustratie over zonder vriendjes op de juiste plekken geen baan vinden, goed onderbouwd werd. Het mooiste verhaal kwam van mijn favoriete schrijfster Lieve Joris, die door haar vele reizen vooral ‘treinvriendschappen’ onderhoudt. Mensen zijn openhartig tegen Lieve, terwijl ze samen reizen van A naar B, want misschien zien ze haar nooit meer terug.

Filosoof Paul van Tongeren haalde zijn belangrijkste leermeester op het gebied van de vriendschap aan, Aristoteles, volgens wie vriendschap gelijk staat aan wederkerige welwillendheid, oftewel de houding dat je elkaar wederzijds het beste toewenst en dat ook van elkaar weet. Ik ben gezegend met een tiental vrienden die aan die definitie voldoen. Ik ben daar ongelofelijk blij mee. En terwijl ik dit schrijf, overvallen schuldgevoelens mij vanwege al die vrienden waar ik al veel te lang niet naar geïnformeerd heb. Gelukkig kun je met echte vrienden altijd de draad weer oppakken.