Kinderwens, kinderboeken

white teddy bear with opened book photo

Foto door Pixabay op Pexels.com

Weten jullie nog? Dat ik helemaal niets met baby’s had en me niet kon voorstellen ooit moeder te willen worden? Dat mijn overtuiging om nooit te willen trouwen en nooit kinderen te willen even sterk waren? Wanneer het ‘mis’ ging, kan ik niet zo goed vertellen. Wel dat de biologische klok toch is gaan tikken. Nu het bijna te laat is.

Waarom wil ik een kind? Een goede vraag. Een belangrijke vraag. Een vraag die mensen zichzelf soms niet bewust stellen. Ze komen iemand tegen waar ze het leuk mee hebben. Ze gaan feesten, ze gaan reizen, ze gaan van elkaar houden, ze gaan samenwonen, ze maken carrière en ze ‘krijgen’ een kind. Omdat het zo loopt. Omdat het zo hoort.

Maar waarom? Heb ik genoeg van de hele nacht doorslapen? Heb ik het gehad met de badkamer voor mezelf? Vind ik rustig de krant lezen met een kop koffie ineens niet meer belangrijk? Of kleding zonder spuugvlekken?
Kinderen hinderen. Ze maken lawaai, maken dingen stuk, hebben een achterlijke muzieksmaak, kijken naar idiote tekenfilms (Bumba, aaaargh), zijn plakkerig en zeurderig en zo aanwezig dat je je eigen gedachten niet eens meer kunt afmaken.

Dus waarom? In ieder geval niet omdat een dikke buik me zo fantastisch lijkt. Of opgezwollen voeten.

Daarom. Ik wil een gezin. Een familie van mezelf. Ik ben opgegroeid in een fijn gezin waarin iedereen zichzelf mocht zijn en dat wil ik doorgeven. Ik wil een verbinding met de volgende generatie, zoals ik met mijn nichtje heb, maar dan nog hechter. Ik wil niet dat ‘het’ bij mij stopt. Ik heb liefde om te geven, wijze lessen om te leren. En als ik nadenk over ‘als ik later groot ben’, dan komt daar altijd nageslacht in voor. Dan zie ik mezelf als verhalenverteller aan de (klein)kinderen.

Bovendien wil ik gewoon een excuus om regelmatig te schommelen, trampoline te springen, verstoppertje te spelen en om héél veel kinderboeken te kopen. Rupsje Nooitgenoeg, Pippi Langkous, De GVR, Ronja de Roversdochter, Koning van Katoren, Kruistocht in Spijkerbroek, Publieke vijand nummer twee…

Wat was jullie afweging om wel/niet kinderen op de wereld te willen zetten? En komen jullie verwachtingen een beetje overeen met de praktijk?

 

Papadag #15

Gisteren was het zestien jaar geleden dat jouw hart op een ijskoude maandag stopte met kloppen. Ieder jaar rond jouw sterfdag schrijf ik iets. Vorig jaar schreef ik je een brief vol mooie herinneringen. Dit jaar worstel ik met de invalshoek. Heb ik alles al gezegd?

Dat jij dood bent, is niet meer waar ik mee opsta en naar bed ga. Ik kan over je praten zonder tranen. Naar ‘jouw’ muziek luisteren zonder mijn adem in te houden. Foto’s van vroeger kijken en lachen om de gekke bekken die je trekt. Maar je zit vaak in mijn hoofd. Als ik aan je denk, is dat meestal in vragende vorm. “Wat zou papa ervan vinden dat…?”

Als ik nieuwe muziek hoor, probeer ik in te schatten of je het had kunnen waarderen. Als ik ergens ga eten, raad ik soms wat jij van de menukaart zou kiezen. Maar ja, herinneringen aan het verleden bieden geen garanties voor de toekomst. Zou je nog leven, had je misschien een heel andere smaak ontwikkeld. Luisterde je nu misschien naar metal en bestelde je salades?

Ik mis je nog steeds. En soms keihard. Omdat ik denk dat sommige conflicten nooit zouden zijn ontstaan. Jij zou ze met je gevoel voor humor en talent voor relativeren geen kans geven. Omdat ik denk dat je soms mijn kant zou kiezen. Uit de grond van mijn hart: wat zou ik jouw steun soms goed kunnen gebruiken.

Maar kleine meisjes worden groot. Ook zonder jou. -x-

old photos in the wooden box

Foto door Kaboompics .com op Pexels.com

Brief aan mijn nichtje #19

assorted gift boxes on red surface

Foto door George Dolgikh op Pexels.com

Lieve stuiterbal,

Dit weekend kwamen de cadeaus van Sinterklaas en oh wat moest je lang wachten om ze open te maken. Dat mocht pas als iedereen er was en de leuke jongen uit de trein en ik namen de tijd. Ik had namelijk bijzonder lang nodig om de zwarte schmink uit mijn oren te poetsen vanwege mijn eigen uitstapje met Sinterklaas (sjjjjjt!).

Toen we eindelijk binnen waren, mocht je één pakje openmaken en daarna moest je eten. Ik was onder de indruk dat je dat gewoon deed. Ik was ook onder de indruk van hoe goed je al leest, al had je geen geduld voor het hele gedicht.

Na het eten ging je los. De pakjes werden redelijk woest van hun papier ontdaan en bij alles wat tevoorschijn kwam, gilde je harder. Precies op de toonhoogte waarvan trommelvliezen scheuren. “Kijk!!!”

Het computerspelletje van Frozen was het populairst. Ver na bedtijd zat je nog bij de leuke jongen uit de trein op schoot te ‘bliepen’. Soms met een frons op je voorhoofd als er iets niet lukte en soms met een heuse drama act als er game over in je beeld verscheen.

Gelukkig mochten we je wel nog even storen voor een afscheidskus toen we naar huis gingen.

Veel plezier met al je cadeaus.

Dikke kus,
Lieke

Opgravingen

Deze blog gaat een beetje beeldsprakerig en vaag zijn, waarvoor sorry.

Het verleden tikt steeds vaker op mijn schouder. “Hallo hier ben ik!” Maar als ik dan achterom kijk, zie ik mist.

Mijn werkweek begon met een wandeling. Ik wandelde zij aan zij met een coach. Omdat ik na 38 jaar en een beetje nog steeds niet weet hoe ik met sommige mensen en hun gedragingen om moet gaan. Sterker nog, wat die mensen doen heeft een steeds grotere invloed op mij. Wat ik vroeger schouderophalend naast me neerlegde, raakt me nu in mijn hart.

Iedere nacht lig ik een beetje langer wakker. Ik ben nochtans een goede slaper.

Tijd voor actie, want hoe langer dingen onuitgesproken blijven borrelen, hoe groter de bom die ontploft. Grote kans dat de leuke jongen uit de trein dan het haasje is en dat wil ik niet. Dus al wandelend luchtte ik mijn hart. Over zwijgen om de lieve vrede te bewaren. Over zwijgen uit angst. En over verwachtingen waar ik nooit aan kan voldoen.

“Was dat vroeger ook al zo?”, vroeg de coach. “Weet je nog wanneer dat begon?”

Heel veel dingen ben (of lijk?) ik vergeten. “Geen idee”, moest ik vaak antwoorden. Of “ik denk dat ik het toen normaal vond.”

Vanavond gaan we borrelen met ‘mensen van vroeger’. De vragen kriebelen in mijn buik, branden op mijn lippen, zetten zich vast in mijn nek. Het verleden tikt straks niet op mijn schouder, maar kijkt me aan.

“Was dat vroeger ook al zo?”, zal ik vragen. “Weten jullie waarom?”

Schiet ik er iets mee op om te gaan graven? Misschien niet. Maar een mens moet al eens uit zijn cocon stappen. Ik en een coach, dat was al een hele grote stap. Misschien brengen de antwoorden begrip waardoor ik beter kan accepteren. Ik ga niemand kunnen veranderen, hooguit mezelf.

Het wordt sowieso een gezellige avond. Ik ben al in de stemming. Sommige dingen kan ik me nog verrassend goed herinneren. In de verborgen laatjes in mijn hoofd liggen hele stapels teksten en deuntjes opgeslagen en ik blijk nog een heel eind te komen met meezingen: van de Alfabetmars van Bert & Ernie tot ‘A, B, C, is dat niet knap’ van Dikkertje Dap. Eén en al vrolijkheid.

Behalve De Lek. Dat blijft een tranentrekker. Nu nog meer dan toen. Toen mijn papa er nog was.

En soms zaten we te rusten op een hek
Zo met achter ons de koeien
En voor onze neus de schepen
En we zeiden niks omdat we
Dan elkaar zo goed begrepen
En m’n vader nam zo af en toe een trek
Want m’n vader rookte altijd zware sjek

Platen

Bedankt dat je er was

G was een goede vriend van mijn papa. Ze ontmoetten elkaar op school, waar mijn papa les gaf en hij les kwam geven. Ze waren niet lang collega’s, maar bleven wel altijd vrienden. Ze deelden de liefde voor geschiedenis (en hoe het toch kan dat we maar niet van het verleden leren), muziek, kamperen, vuur (in vuurkorf of open haard), bier en sigaretten. Op andere vlakken waren ze het hartgrondig met elkaar oneens, maar daar kon altijd over gediscussieerd worden. Al veranderden beiden nooit van standpunt.

Als begroeting kusten ze elkaar op de mond. Hun warme begroeting klopte, paste precies in het plaatje. Twee mannen die het niet altijd gemakkelijk hadden met het leven, maar er toch veel van genoten en zich nergens voor schaamden. Wat de buitenwereld dacht, moest die buitenwereld lekker zelf weten.

Mijn papa leerde mij om sociaal te zijn, een eigen mening te hebben en te doen wat ik leuk vind. Ik vermoed dat dat ook ongeveer de dingen zijn die G aan zijn dochter leerde. Een stoere en heldhaftige dochter die gisteren prachtige toespraken hield en een glas Westmalle hief op haar markante, gekke, gepassioneerde, welbespraakte papa.

G legde als afscheid van mijn papa een rode roos bij hem neer. Een verwijzing naar de trouw van mijn papa aan de PvdA? In ieder geval een eerbetoon. Gisteren was G’s afscheid en mijn papa was er niet om hem uit te zwaaien.

Ik weet dat het niet zo is, maar toch zie ik ze samen zitten daarboven. Glimmend van trots op hun dochters die het toch maar mooi voor elkaar hebben. Pilsje in de hand, sigaret in de mondhoek en af en toe de ogen dicht om goed naar de muziek te kunnen luisteren.

De leuke jongen uit de trein en ik dronken na afloop van de bijzonder afscheidsdienst in het Museum aan het Vrijthof een pilsje bij Café de Poort. Ik had eigenlijk zin in koffie, maar G en papa zouden het niet anders gewild hebben. En wat smaakte het goed. Proost, op de papa’s!

Op papa's

 

Brief aan mijn nichtje #18

Lieve dondersteen,

Jij doet op dit moment wat je het liefste doet. Kamperen met je mama. Van de ene camping met zwembad naar de andere. En als je mama wel eens naar iets anders wil kijken dan dor gras en gespetter, bezoeken jullie een stad. Waar altijd een terras aan te pas komt en een ijsje. Of een bossche bol, in het geval van Den Bosch.

Terwijl jij de tijd van je leven hebt, ging het neefje van vriendin I dood. Na maanden in het ziekenhuis was zijn kleine lijfje op. Hij werd maar drie jaar. Met tranen in mijn ogen dacht ik aan zijn familie. Daarna dacht ik meteen aan jou en hoeveel levens een onherstelbare deuk op zouden lopen als jij ernstig ziek zou worden. Wrakhout zouden we zijn.

En dan kijk ik naar het filmpje dat je mama stuurde. ‘We gingen eigenlijk tandenpoetsen’, staat erbij. Jij rent en glijdt in volle vaart over een springkussenachtige waterglijbaan met een lach van oor tot oor. Zo moet het leven zijn. Voor alle kinderen.

Blijf nog maar even lekker op vakantie.
Liefs,
Tante Lieke

Op dit moment #7

In de chaos waar ik eergisteren over schreef, komt langzaam structuur. Gisteren een tandje bijgezet en terwijl de interieurverzorgster als een razende Roeland door het huis ging, tikte ik twee interviews bij elkaar, plande ik een paar afspraken en betaalde ik een rekening die eigenlijk al betaald had moeten zijn. Ik ben er nog niet, maar de weg naar meer overzicht en minder stress is weer ingeslagen.

Genieten van: de lente. Het frisse groen aan de bomen. Het gezoem van hommels en bijen. De merel die op het hoogste punt van de hoogste boom het hoogste lied zingt. Zonder jas naar buiten. Leuke potten kopen bij Dille & Kamille en ze vullen met kleurrijke planten. Zaadjes die nu komkommer- en tomatenplanten worden. Ik zit soms als een blij ei in de tuin, heerlijk!

Blij met: mijn vrienden die altijd zo begripvol zijn, met me meedenken, me aanmoedigen, maar me ook wel eens door elkaar rammelen. Vrienden die zeggen dat ik attent en geïnteresseerd ben en vinden dat ik trots op mezelf mag zijn omdat ik van droevige sollicitatiebrievenschrijver een voltijds werkende ‘allesschrijver’ ben geworden. Die bevestiging heb ik soms nodig. Dankjewel lieverds.
Blij ook met de leuke jongen uit de trein, die mij het allervaakst door elkaar rammelt. Dat is goed, want dat heb ik nodig. Armen om me heen slaan, doet hij ook heel vaak. Net als vragen hoe mijn dag was, nieuwe muziek opzetten en lekker koken. Ik bof.

Balen van: bh’s die zo ver versleten zijn dat ik echt nieuwe moet. Ik HAAT het om nieuwe bh’s te kopen. Met mijn maat (80F) is dat altijd een dure aangelegenheid. En de keuze is niet reuze. Het liefst zou ik bh’s een beetje anoniem passen, bij de H&M of de C&A, maar dat hoef ik niet te proberen. Dus wordt het altijd een speciaalzaak met een verkoopster die om de drie minuten vraagt hoe het gaat.

Aan het lezen in: Kom hier dat ik u kus van Griet Op de Beeck. Vannacht las ik de eerste twee hoofdstukken en ik moest moeite doen het boek weg te leggen. Ik herkende veel uit de gedachtewereld van de zesjarige hoofdpersoon: het buitenspelen en geen idee hebben hoe die scheur in mijn broek komt, of enthousiast aan het tekenen slaan en per ongeluk een stuk tafelkleed kleuren. Gelukkig hoefde ik niet voor straf over dat soort dingen na te denken opgesloten in een donkere kelder. Ik kwam er vaak met een ‘het geld groeit niet op onze rug’ vanaf.

Aan het kijken naar: alle drie de variaties van NCIS. Niet op de momenten dat ze worden uitgezonden, maar de ene week niets en de andere week zes afleveringen. Als ik weer eens geen idee heb hoe veel ik achterlig en of er iets is opgenomen, vraag ik aan de leuke jongen uit de trein: “Heb ik nog vriendjes?” NCIS is niet per se heel hoogstaand en soms weten we in de eerste tien minuten al wie het heeft gedaan, maar ik houd van de karakters. De briljante wetenschapper en liefhebber van doodskisten en vleermuizen Abby uit ‘Washington’, de gortdroge, neurotische spraakwaterval Deeks uit ‘LA’ en de complotdenkende nerdy held tegen wil en dank Sebastian uit ‘New Orleans’.

We hadden plannen en begonnen aan Dance around the World en Dream School, maar kwamen in beide gevallen niet verder dan twee afleveringen. Puur uit tijdgebrek. We zijn niet vaak tegelijkertijd thuis. En als dat wel zo is, moeten we ‘mijn vriendjes’ al terugkijken.

Aan het luisteren naar: mijn tienertijd. In de auto naar Roermond draaide ik deze week het eerste album van K’s Choice, eind 1993 opgenomen. Het jaar dat ik 13 werd en me net begon te interesseren voor muziek. Al had ik als dertienjarige nog niet echt door hoe grappig en/of pijnlijk sommige teksten zijn.
Op de terugweg zette ik een verzamelaar van PUR op. Een band waar veel naar geluisterd werd in de Duitse tak van onze familie. Toen alles nog ‘goed’ was en wij daar kind aan huis waren. Duits heb ik altijd makkelijker verstaan dan Engels en bij PUR-liedjes moet ik vaak hardop lachen of luidkeels huilen. Nooit houd ik mijn ogen droog bij Wenn sie diesen Tango hört en dan vooral dit stukje:

ein ganzes Leben lang zusammen
gelitten, geschuftet, gespart
jetzt wär’ doch endlich Zeit für mehr
jetzt ist er nicht mehr da

Dat heeft deels te maken met mijn papa en mama, die hard werkten, drie kinderen en hobby’s hadden en daardoor soms geen tijd voor elkaar. Dat zou binnenkort verbeteren, als de toneeluitvoeringen die papa regisseerde plus de feestdagen achter de rug waren… Gelukkig komt even later Drachen sollen fliegen voorbij en daar zit een stukje in dat keihard meegezongen moet worden. Huilen en zingen gaat niet tegelijk, dus hoppa:

laß mich endlich fliegen
kapp die Nabelschnur
denn Drachen sollen fliegen
ohne feste Spur

Eten: is misschien wel mijn grootste hobby. Ik kan bijna net zo hard genieten van eten als van in de zon zitten met een boek. De laatste tijd hangen we van buiten de deur eten aan elkaar. Met vrienden, (oud-)collega’s, netwerkverenigingen. Allemaal super lekker en gezellig. Turks restaurant Mandalin was het hoogtepunt. Op de weegschaal betekent dat helaas een dieptepunt. Maar we zijn weer op de goede weg. De leuke jongen uit de trein maakte vorige week een overheerlijke goulash en ik bouwde er een smakelijke salade bij. Afgelopen weekend maakte ik een prima quiche boordevol verse groente.  Voor vanavond twijfel ik nog tussen witlof en puree of pittige boontjes en zilvervliesrijst. Gezonde zaken.

Sporten: lukt nauwelijks. Nog steeds geblesseerd. Hielspoor. Gelukkig zijn de nieuwe steunzolen onderweg. Rennen zou dan geen pijn meer moeten doen. Het zal mij benieuwen. Ik ben bang dat het te laat is om de 10 kilometer succesvol af te leggen bij Maastrichts Mooiste in juni. Zwemmen ben ik trouw blijven doen, maar deze week kan ik niet gaan vanwege bereikbaarheidsdienst. Die bereikbaarheidsdienst is overigens best fijn, want ik krijg er goed voor betaald en ik leer er ontzettend veel van, maar het is ook onhandig voor een chaoot als ik. Voortdurend controleren of ik mijn pieper en telefoon bij de hand heb. En dus niet naar de sportschool of het zwembad kunnen.

Leuke dingen om naar uit te kijken: zijn er altijd. Ik verheug me nu al op vanavond en dat ik dan verder mag lezen in mijn boek. Ik heb zin in het Bevrijdingsfestival in Roermond waar ik als interviewer, gastvrouw en verslaggever rondloop. Grote kans dat ik daarvoor nog minimaal één nieuwe klant binnenhaal, dat is ook fijn. Ik kijk uit naar de vakantie tussen Hemelvaart en Pinksteren. Hoewel vakantie een wat groot woord is. Door mijn ongeorganiseerde bestaan, heb ik het plan om zeep geholpen om echt op vakantie te gaan. In ieder geval ga ik een dag of tien niet schrijven. Wel (fairtrade) lunchen met een burgemeester en twee wethouders. Hopelijk veel tijd met de leuke jongen uit de trein.

Wat een leven.

Brief aan mijn nichtje #17

Lieve, kleine actrice,

Donderdag bleef je slapen, vrijdag was ik ‘hulp-volwassene’ op je kinderfeestje en zaterdag vierden we je echte verjaardag. Drie drukke maar mooie dagen. Het lijntje tussen vrolijk lachebekje en boze dramaqueen is dun, is mijn conclusie. En je blijft een goede actrice.

Dolenthousiast kwam je donderdag binnen. Je liet je mama en de mama van je beste vriendinnetje het hele huis zien en vertelde honderduit. Om even later te huilen, omdat je geen spruiten wilde eten. De vorige keer dat je kwam eten, bestelde je zelf spruiten, nu lustte je ze ineens niet meer.

Het logeerpartijtje was heel gezellig. Ik houd ervan om je voor te lezen. Ik houd ervan dat je gewoon gaat slapen met de gordijnen dicht en de deur dicht, zonder gezeur over lampjes die aan moeten blijven. Ik houd ervan dat je de volgende ochtend bij me in bed kruipt. Ik vind het iets minder dat je dan de dekens van me aftrekt, brrrrr koud.

Je had ontzettend veel zin in je feestje, maar op weg naar Bunde was je heel erg stil. Ik denk dat je zenuwachtig was. Ik vroeg of je huis versierd was, jij antwoordde dat je daar al over had gedroomd. Je was hyper toen het eerste vriendinnetje aan de deur stond, was aan het springen en aan het roepen met een lach van oor tot oor. Iedere keer dat de bel ging, gilde jij de naam van het vriendje of vriendinnetje dat binnen zou komen. Je griste de cadeautjes uit hun handen, maar wachtte wel heel netjes met uitpakken tot iedereen er was. Even waren er tranen en stond je te stampvoeten, omdat de jongens iets met jouw Duplo bouwden waar jij het niet mee eens was. Om vervolgens weer de grootste lol te hebben bij het versieren van de cake. Je deed er zo veel slagroom op, dat er geen cake meer te zien was.

Het feestje was een succes. Enthousiast ging je voorop bij de speurtocht, op de hielen gevolgd door de twee jongens. Je rende het grootste deel van de route. Stond te stuiteren bij iedere vondst. Klom in recordtijd tegen een steile helling omhoog en trok je niets aan van doorns en kiezels. Het was ijskoud, maar dat voelde je niet. De andere meisjes hadden het moeilijk. Die sloften achteraan, waren moe en durfden niet overal op en in. Ik nam er één op mijn rug. Toen het feestje was afgelopen, was het weer even huilen. Dat bevestigt natuurlijk alleen maar hoe leuk het was.

Het grotemensenfeest, daar had je ook al zo’n zin in. Nog meer cadeaus! Niet normaal hoe snel jij dingen uit kunt pakken, trouwens. Het was gezellig. De leuke jongen uit de trein bouwde je Lego-pakket van Frozen. Met mij deed je een spelletje dat ik je moest kietelen telkens als je een koprol maakte “maar alleen als mijn voeten daar zijn en als ik nog niet terug aan het kruipen ben en…” een hele rits eigen spelregels. Ook dit feest was een succes. Geen drama toen we naar huis gingen. Volgens mij was je moe. Of je vond het toch niet zo leuk met de grote mensen 😉

Het was me al vaker opgevallen dat jij met je huidskleur bezig bent, maar ik weet nog steeds niet zo goed hoe ik ermee om moet gaan. Kinderen zijn niet kleurenblind, mocht iemand dat nog denken.

Vrijdagochtend bij het ontbijt kwam een nieuwsitem voorbij op de radio, over Thierry Baudet en de uitspraak dat donkere mensen minder intelligent zijn dan lichte mensen. “Ik ben donker, want ik ben bruin”, zei jij. De leuke jongen uit de trein en ik keken elkaar verbaasd aan. “Lieke is ook bruin, heb je haar wel eens gezien in de zomer bij het zwembad?”

Zaterdag was je mama frietjes halen en zaten wij even op de bank naar Sesamstraat te kijken. “Dat is een *jouw naam*”, zei je over een jongetje met kroeshaar. “Nee joh, er is maar één *jouw naam*”, zei ik. “Niet waar.” “Nou, oké, er zijn wel andere mensen met dezelfde naam, maar er is maar één persoon zoals jij. Op televisie is een jongen en hij ziet er heel anders uit.”

Ik weet niet of het erg is dat je verschillen ziet. Ik heb ook geen idee in hoeverre jij je huidskleur aan bepaalde eigenschappen koppelt. Ik hoop met heel mijn hart dat je niet gelooft dat je dommer bent dan je vriendjes en vriendinnetjes. En ik hoop dat domme uitspraken van anderen niet te veel krassen op je ziel zetten.

Je bent mooi en slim en mijn favoriete nichtje.

Dikke kus,
Tante Lieke

Dubbele regenboog

 

 

Brief aan mijn papa

Lieve papa,

Je luchtgitaar al gestemd? Je krijgt alweer bezoek daarboven.

Eén voor één vallen onze gezamenlijke muzikale helden om. Ik ben nog niet bekomen van Tom Petty, nu ineens Dolores O’Riordan voorgoed het podium verlaat. Pas 46 jaar. Nog jonger dan dat jij geworden bent.

Weet je nog? Je vond Zombie eigenlijk iets te stevig, maar je speelde toch mee met de harde, logge gitaren. De oerschreeuw In Your Head klonk geregeld door de woonkamer. Ik denk vanaf een cassettebandje dat je kreeg van Hans. Later kocht ik de cd Bury the Hatchet voor je, maar hield zelf de poster die erbij zat.

Je genoot het meest van de luisterliedjes. Cordell was favoriet. We voegden het op het laatste moment toe aan de setlist van je crematie. Maar iemand vergat op play te drukken.

Cordell, 
Time will tell, 
They say that you’ve passed away, 
And I hope you’ve gone to a better place.…

Als het nog even zo doorgaat met omvallende artiesten (en met machthebbers die hel en verdoemenis preken en er graag persoonlijk aan bijdragen de wereld om zeep te helpen), zit jij binnenkort zéker op een betere plaats dan wij hier beneden.

Wat zou ik dat graag geloven.

I have always kept my faith in love
It’s the greatest thing from the man above

Doe Dolores de groeten van me.

Liefs,
Lieke

Eergisteren was het weer papadag

papa.png

Lieve papa,

Op jouw sterfdag wilde ik een blog schrijven over gemis en doorgaan en hoe snel de tijd voorbij gaat. Dat kwam er niet van. Net als die ‘brieven aan mijn nichtje’ die al in geen maanden meer het licht zien. In mijn leven loopt namelijk maar weinig volgens plan. Werkontwijkend gedrag, daar ben ik in ieder geval goed in. Dus vertrouw ik mijn gedachten nu toe aan ‘de wereld’ terwijl ik eigenlijk een verslag zou moeten schrijven over een onderwerp dat jou zeer geboeid zou hebben: jongeren die niet naar school gaan en niet werken.

Op 9 december huilde ik, zoals gewoonlijk.
Niet omdat jouw dood op die dag meer pijn doet dan anders.
Ik vraag er op 9 december altijd een beetje om.
Door de muziek te draaien waar jij van hield.
En dan komt ‘Have I told you lately’ voorbij en is er geen houden meer aan.

15 jaar zonder jou.
Zonder wandelingen over de dijk en door het bos.
Jij met je handen op je rug net als je vader.
Zonder luchtgitaaroptredens.
Zonder gekke fratsen.

Zoals die keer dat beste vriendin B belde:
“Met Fransiscus van Assisie”
“Oh, dan ben ik verkeerd verbonden.”
“Ken je mij niet? Ik ben al 750 jaar dood!”

Of die keer dat jij je zus belde, toen we terug waren van vakantie:
“Ik bel je even om te zeggen dat het slecht weer was in Frankrijk. We zijn doorgereden naar het zuiden. Staan nu op het punt om over te steken naar de Sahara. Het kan dat je een tijdje niets van ons hoort.”

Steeds vaker vraag ik me af hoe anders mijn leven zou zijn als jij er nog was. En of ik mijn verleden bekijk door een roze bril. De werkelijkheid botst namelijk met hoe mijn leven zou moeten zijn.

We konden overal over praten, benadrukten mama en jij steeds. Maar we zijn geen praters. Althans, niet met elkaar. Vier leden van een gezin vol liefde, maar ook een gezin van broze verstandhoudingen en elkaars keuzes niet begrijpen. Een gezin waar de koude kant soms echt in de kou staat. Vier mensen die van elkaar houden, maar dat zelden tegen elkaar zeggen.

Ik denk dat je het daar moeilijk mee zou hebben. Verbeeld me dat alles gemakkelijker zou gaan, als jij er nog was geweest. Zie voor me hoe je samen met de leuke jongen uit de trein in de tuin staat en een sigaretje rookt, een pilsje drinkt en praat over muziek. Hoe jullie samen filosoferen over incompetente ouders en wat er van hun kinderen moet worden. In mijn verbeelding is alles mogelijk. Maar de optie dat jullie elkaar niet aardig zouden vinden, wil ik niet verkennen.

(Brrrr, ik haat het woord ‘zouden’ en nu strooi ik ermee).

Ondertussen baan ik mij struikelend een weg door het leven.
Bang om een slechte dochter en zus te zijn.
Bang voor belangrijke beslissingen of daarmee al te laat te zijn.
Onzeker over de toekomst.
2017 is een zakelijk succes, maar er zijn geen garanties voor 2018.

Jij gaf ook nooit garanties, onderstreepte onze eigen verantwoordelijkheid en leerde ons discussiëren op basis van argumenten. Mama en jij vulden elkaar perfect aan. Jullie waren een liefdevol voorbeeld van elkaar knuffelen en kussen in ons bijzijn. En soms maakten jullie ruzie. Meestal op momenten dat jullie (te) weinig tijd hadden voor elkaar. Hoe herkenbaar.

Het is vooral dankzij jullie opvoeding, dat ik ben wie ik ben. Een vrouw met angsten en onzekerheden die er soms dingen uitflapt die ze beter voor zich kan houden. Maar ook een vrouw met een machtig mooi leven. Met een liefdevolle relatie en een grote groep vrienden. Met een bedrijf dat zonder kruiwagens en startkapitaal is geworden wat ik wilde. Met een grote nieuwsgierigheid en de drang om altijd te blijven leren.

Maar verdomme, wat zou ik je graag nog eens tegen mama horen zeggen “Dat hebben we toch goed gedaan.”

Ik blijf papa’s kleine meisje. Verlangend naar bevestiging.

Ik hou van jou.

Liefs,
Je oudste dochter